Juni 2018
Op de achtergrond
‘Ik vind koeling erg belangrijk in ons nieuwe gebouw’, zei mijn opdrachtgever. ‘Anders vallen de leerlingen bij warm weer in slaap en dan kunnen we net zo goed geen school maken.’ Het was een krachtig argument, eentje van het soort waar ik wel van hou.
Hoewel ik als architect van nature makkelijk te verleiden ben voor nutteloze pracht en praal, ben ik in mijn opleiding sterk beïnvloed door Brian Anson. Deze ‘extreem linkse’ architect ging er namelijk van uit dat ‘gewone’ mensen veel meer over gebouwen begrijpen dan wij architecten willen geloven (een beetje gezond verstand is in mijn vakgebied al voldoende om in de extreem linkse hoek te belanden).
Het probleem is vooral dat architecten zich slecht kunnen verplaatsen in de belevingswereld van bewoners. Sindsdien is er weinig waar ik gelukkiger van word dan een gebruiker die mij uitlegt hoe het gebouw wordt gebruikt en hoe het volgens hem of haar bedoeld is. Ik heb me vaak laten verrassen over de creativiteit en het inzicht van mijn bewoners. Ik heb altijd het meest geleerd van hun kritiek op dingen die ik anders had ingeschat. Waarvan je bijvoorbeeld niet wist dat het belangrijk was.
Er is ook weinig waar ik een grotere afkeer van heb dan een gefotoshopt plaatje van gebouw dat de hemel in wordt geprezen, terwijl je het misprijzen voor de gebruikers vanaf de maan kan zien. Ik erger me dood aan het stompzinnige gewauwel van mijn soortgenoten over dit soort fictie, alsof dat ook maar iets met architectuur te maken heeft. Waar ze over praten is een mooi tweedimensionaal plaatje. En niet meer dan dat.
Koeling past ook precies in mijn visie op een goed ontwerp: we bouwen omdat we in die ruimten dingen willen doen. We bouwen niet omdat we gebouwen belangrijk vinden: die worden pas relevant wanneer ze de ruimte bieden voor de dingen die we willen doen.
We hebben geen koeling omdat we willen laten zien hoe koud we het kunnen maken. Het is maar heel zelden noodzakelijk om een opdringerig gebouw te maken, een roeptoeter die de hele tijd schreeuwt om aandacht. Bijvoorbeeld omdat de deuren verkeerd open draaien.
Ik wil dat mijn gebouwen zich gedragen als een butler: dienstbaar en op de achtergrond. Het is pas als de butler een vrije dag heeft dat je je realiseert hoe goed hij is. Zo is het ook met koeling: als de koeling op een zomerse dag uitvalt merk je het meteen.
Dirk Follet bedenkt en realiseert gebouwen die de schijn hooghouden dat de wereld eenvoudig is.
Reageren? @dirkfollet, vvplus@follet.nl.