Mei 2023
Vakbeurs ISH 2023 toont vele innovaties voor ventilatie en koeling
Geluid, koudemiddelen en (nood)oplossingen zijn nieuwe focuspunten
De vakbeurs ISH in Frankfurt was weer als vanouds. In 2021 was er door de coronapandemie geen fysieke beurs, maar dit jaar pakten vele fabrikanten weer groots uit. In de hallen 8 en 12 concentreerden zich de aanbieders van ventilatie- en koelsystemen. De focus hier lag vooral bij innovaties op het gebied van geluid en natuurlijke koudemiddelen. Ook zag je daar de ventilatie(nood)oplossingen voor scholen en kantoren, waarmee men het debiet snel en relatief eenvoudig naar een hoger niveau kan brengen.
Zoals te verwachten toonde de ISH de stormachtige opkomst van warmtepompsystemen. Er is geen enkel marktsegment te bedenken waarvoor geen passende warmtepompoplossing beschikbaar is. Wat deze ontwikkeling uitdagend maakt, is de regelgeving die ervoor zorgt dat fabrikanten op meerdere fronten moeten innoveren. Geluid is zo’n onderwerp dat in veel stands prominente aandacht kreeg. Enerzijds door nieuwe en verbeterde compressortechnologie, anderzijds zijn er verschillende fabrikanten die steeds stillere ventilatoren voor buitenunits kunnen produceren. Toch is het bijna altijd de compressor en niet de ventilator die het meeste geluid veroorzaakt.
Minder dB(A)’s
Mitsubishi Electric toonde de nieuw PUZ-lijn warmtepompen voor de woningbouw. De buitenunit van dit systeem, die ook in een geavanceerdere Ecodan-uitvoering beschikbaar komt, heeft meerdere standen met onder meer de silent mode. Het geluidsvermogen van deze buitenunit bedraag 54 dB(A). Dit is 4 dB(A) lager dan zijn voorganger, wat een ruime halvering van de geluidsdruk betekent in de praktijk. Moest de vorige versie van deze buitenunit minimaal 3 m van de erfgrens staan, de nieuwe uitvoering kan een ruime meter dichter bij de erfgrens worden geplaatst. Maar ook andere fabrikanten, zoals Bosch, Vaillant, Panasonic en Buderus, toonden allemaal buitenunits die weer stiller zijn dan hun voorgangers. In Nederland, maar ook in ons omringende landen, zorgen overheden voor steeds strengere regels als het gaat om geluidsoverlast. Men kijkt daarbij naar de geluidsdruk; een afgeleide van het geluidsvermogen, waarbij men ook de afstand van de ontvanger (het oor) tot de warmtepomp meeneemt. De EU-regelgeving hanteert een maximaal geluidsvermogen van 65 dB(A) voor warmtepompen tot 6 kW en 70 dB(A) voor warmtepompen tot 70 dB(A). Dat Nederland in het Bouwbesluit wat strengere regels hanteert, is niet zo heel vreemd, omdat de woningen in ons land in het algemeen veel dichter op elkaar staan. Daarom is het goed dat er nu de keuze is voor stillere warmtepompen, waarbij de stilste warmtepompen een geluidsvermogen van 54 of soms 53 dB(A) hebben.
Er komen steeds meer stillere warmtepompen op de markt.
Stillere ventilatoren
In de stands van de ventilatorenfabrikanten is ook veel aandacht voor geluid. Zo lanceerde ebm-papst de AxiEco Plug-In ventilator, speciaal gemaakt voor buitenunits van warmtepompen. Naast veel andere verbeteringen aan de ventilator die buitenunits efficiënter maken, zorgt deze ventilator ook dat de buitenunit stiller is. Al zeggen veel fabrikanten van buitenunits dat het meeste geluid toch nog altijd van de compressor en niet van de ventilator komt. Twee andere ventilatoren van ebm-papst, de RadiPac C Perform en de RadiCal 2, zijn ook stiller. Deze ventilatoren vinden vaak een toepassing in bijvoorbeeld wtw-units waar geluid en geluidsbeperking een veel sterkere rol spelen. Ook bij de fabrikanten Helios Ventilatoren en Trox was geluidreductie een duidelijk speerpunt.
Naast het beperken van geluid door stillere ventilatoren en compressoren waren er ook verschillende innovaties die zorgen dat luidruchtige toestellen stiller worden. Vaak is dit door omkastingen of andersoortige covers. Een fraaie uitvoering, de DecoMute, was te zien in de stand van Cox Geelen. Volgens de leverancier zorgt deze ‘design-cover’, gemaakt in Nederland, voor een geluidsreductie van 5 dB(A), terwijl hij wel een hoge efficiency en eenvoudige service en onderhoud aan het toestel garandeert.
R290 pronkte in bijna elke stand van de bekende warmtepompleveranciers
Natuurlijke koudemiddelen
R290, de code voor het koudemiddel propaan, pronkte in bijna elke stand van de bekende warmtepompleveranciers. Onder druk van regelgeving zullen warmtepompen in de toekomst een koudemiddel moeten gebruiken met een lage GWP (global warming potential). Tot voor kort was het R32, een synthetisch koudemiddel, dat een lage GWP had in vergelijking tot oudere synthetische koudemiddelen. Maar de EU besloot dat ook R32 nog een te hoge GWP heeft, waardoor we nu moeten overstappen op natuurlijke koudemiddelen. R290, ofwel propaan, is zo’n natuurlijk koudemiddel, net als ammoniak en CO2. Van de natuurlijke koudemiddelen blijkt propaan voor de meeste fabrikanten het geschiktste alternatief, zeker als het om toepassing in de woningbouw gaat.
Bij Mitsubishi Electric hebben ze in het verleden een pilot gehad met CO2 als koudemiddel maar dit was, zo vertelde Rudy Gevers van Alklima, de exclusieve verdeler van Mitsubishi Electric in Nederland, minder geschikt voor kleine installaties. Grote warmtepompen voor utiliteit en industrie en warmtapwateroplossingen kunnen eventueel wel met CO2 of ammoniak worden uitgevoerd, maar voor de woningbouw kiest Mitsubishi, zoals veel andere leveranciers, R290.
Met de ISH-lancering van de monoblock Ecodan-warmtepomp met R290 biedt Mitsubishi een toekomstgerichte oplossing. Enerzijds omdat hij voldoet aan de strenge milieueisen, anderzijds omdat hij een hoge watertemperatuur tot 75 °C levert bij een buitentemperatuur van -15 °C. ‘We kunnen dit toestel al in de tweede helft van 2023 leveren’, vertelde Gevers, ‘en we mikken hiermee vooral ook op de bestaande bouw. Het gasloos maken van bestaande woningen is hiermee direct mogelijk, zonder meteen heel veel bouwkundige maatregelen te moeten doorvoeren. Al adviseren we altijd om eerst de energievraag zo klein mogelijk te maken.’
AL-KO presenteerde een ‘Aircabinet’, een ventilatie-unit verkleed als kast waarmee men snel de ventilatie in klaslokalen kan verbeteren.
Wtw-potentie
Een techniek die we in Nederland al heel lang kennen en die op deze editie van de ISH als innovatie redelijk veel aandacht kreeg, is warmteterugwinning en decentrale ventilatiesystemen. Dit gebeurde mede onder invloed van Duitse regelgeving, namelijk de Building Energy Act. Deze regel schrijft voor dat nieuwe verwarmingssystemen vanaf 2024 voor minimaal 65 procent met hernieuwbare energiebronnen moeten worden gevoed. Om aan die eis te kunnen voldoen, zijn warmtepompen belangrijk, maar ook warmteterugwinning bij het ventileren van woningen of gebouwen en/of ventilatiesystemen die slechts lokaal ventileren. Op de beurs werden cijfers bekendgemaakt van een studie door de milieucampus Birkenfeld van de Trierse hogeschool. Zij toonden het enorme potentieel aan van warmteterugwinning. Uit hun analyse blijkt dat het effect van warmteterugwinning op de energiebesparing van centrale ventilatiesystemen in utiliteitsgebouwen meer dan 30 Terawattuur per jaar (TWh/a) oplevert. Deze cijfers zijn gebaseerd op teruggewonnen warmte – primaire energie – in bestaande gebouwen in 2021, wat een verdubbeling is ten opzichte van 2011. De onderzoekers noemen het aannemelijk dat deze ontwikkeling zich de komende jaren zal voortzetten naarmate oude installaties worden vervangen door nieuwe, efficiëntere systemen.
Ventilatie op scholen
Naast de grotere energie-efficiëntie was er ook veel aandacht voor ventilatiesystemen die de kwaliteit van de binnenlucht verbeteren. Dit kan door meer en efficiëntere ventilatie, maar ook door betere filtering waardoor verontreinigende stoffen en ziektekiemen uit ‘gebruikte’ lucht worden verwijderd. Het onderwijs blijkt een segment waar verschillende fabrikanten zich specifiek op richten. Het Duitse vakverbond voor gebouwklimaat had een grote stand waar het lezingen verzorgde en onderzoeksresultaten toonde. Eén zo’n onderzoek ging over ventilatie op scholen. Zeker na de coronapandemie bleek dat op veel scholen in Duitsland – maar ook in Nederland – veel te verbeteren is. In dat verband toonde bijvoorbeeld Komfovent een mooi en compact systeem dat in bestaande klaslokalen snel en redelijk compact te installeren is. Ook AL-KO presenteerde een ‘Aircabinet’, een ventilatie-unit verkleed als kast waarmee men snel de ventilatie in klaslokalen kan verbeteren.
Liberty presenteerde op de ISH een volledig uit composiet opgebouwde luchtbehandelingskast.
Decentraal en vraaggestuurd
Om energieverlies in woningen en woongebouwen nog verder te reduceren, zetten veel fabrikanten in op decentrale ventilatie-oplossingen met warmteterugwinning. Zodra het warmteverlies vanwege een vergaande isolatie van de gebouwschil al zeer gering is, gaan warmteverliezen via ventilatie een belangrijkere rol spelen. Wie in zo’n geval de primaire energievraag verder wil reduceren, ontkomt niet aan vraaggestuurde, decentrale ventilatie met warmteterugwinning. Volgens de onderzoekers uit Trier kan dit in die situaties een extra besparing opleveren van 25 tot 50 procent op verwarmingsenergie. Zo’n oplossing was te zien bij bluMartin, onderdeel van de Swegon Group. Hun verbeterde toestel freeAir, dat ze op de ISH lieten zien, is een decentrale ventilatie-unit dat volgens de fabrikant meer dan 90 procent van de warmte in de afgezogen lucht terugwint. Een nadeel van dit toestel is dat hij een redelijke omvang heeft en in de muur moet worden weggewerkt. Ook de leidingen voor de afgezogen lucht uit de natte cel moeten via de ‘holle’ muur naar de unit worden geleid.
Gebalanceerde ventilatiesystemen hebben voor veel woonconsumenten vaak een nadelige annotatie door minder fraaie ventilatieventielen die in het plafond worden aangebracht. Op de ISH was te zien dat daarvoor inmiddels fraaie designoplossingen beschikbaar zijn. Het bedrijf Ergovent toonde een ventiel dat volledig randloos in elk plafond kan worden weggestuukt. De ISH beloonde het bedrijf met de Design Plus Award voor de beste innovatie op design-gebied. Ook in de stand van Ventmann waren fraaie oplossingen te zien van randloze ventilatieventielen. Naast ronde ventielen biedt Ventmann ook randloze vierkante ventielen of zelfs lange spleten die allemaal zonder opstaande of verdikte randen in een plafond weg te stuken zijn.
Luchtgevoerde betonkernactivering
Twee bijzondere ontwikkelingen in de hal met ventilatiesystemen waren te zien bij de bedrijven Kiefer en Liberty. Die eerste toonde een innovatieve vorm van betonkernactivering; niet met water, maar met lucht. Kiefer gebruikt daarvoor het systeem ConcretCool, waarbij een bepaalde lengte met aluminium, luchtgevoerde leidingen van het ventilatiesysteem in betonnen vloeren wordt gestort. De leidingen zijn aan de binnenzijde voorzien van lamellen, wat de warmteoverdracht naar het beton versterkt. In de zomer is het systeem te gebruiken om de gebouwmassa te koelen en in de winter kan men de gebouwmassa gebruiken om een basisverwarming te handhaven. Volgens Jörg Kranich, sales directeur van Kiefer, ligt het systeem in een land als Nederland wellicht minder voor de hand, omdat we hier met aquifers vaak gemakkelijker (lees: goedkoper) watergevoerde betonkernactivering kunnen toepassen. Maar in veel streken in Duitsland of andere Europese landen is de bodem daarvoor niet geschikt. Luchtgevoerde betonkernactivering is dan een prima alternatief. Volgens de documentatie kan het systeem 30 tot 70 W/m2 leveren.
Op de ISH waren fraaie designoplossingen te zien voor ventilatieventielen
Composiet versus metaal
Liberty, de internationale handelsorganisatie van het Nederlandse Rosenberg Ventilatoren – dat in december 2022 is overgenomen door de HC Groep – toonde op de ISH een volledig uit composiet opgebouwde luchtbehandelingskast. ‘In Nederland verkopen we deze composiet LBK’s als Rosenberg al enkele jaren, maar we merken nu internationaal enorm veel animo’, vertelde Leon Moerman, exportmanager bij Rosenberg/Liberty. De composiet luchtbehandelingskast wordt van oorsprong vooral gebruikt in ruimtes met agressieve lucht, zoals zwembaden of de industrie. Maar Moerman ziet de toepassingen steeds breder worden. ‘Deze LBK heeft meerdere voordelen. Ten eerste is hij gemiddeld 40 procent lichter dan conventionele LBK’s, terwijl hij met 70 mm isolatie wel veel dikkere wanden heeft. Dat heeft geen enkele aanbieder. De isolatie is met het zeer gladde kunststof PET afgewerkt, dat weer 80 procent uit gerecycled materiaal is gemaakt.’ Moerman weet dan ook dat deze LBK in de life cycle-berekeningen relatief goed scoort. In elk geval niet slechter dan LBK’s van metaal. ‘Wij kunnen deze berekeningen volledig voor de klant verzorgen, zoals we ook de berekeningen voor mechanische sterkte voor onze klanten uitvoeren.’ Naast de eerdergenoemde toepassingen ziet Liberty de vraag naar deze composiet LKB’s vooral groeien in de sector Vertical Farming. Dit is een marktsegment dat vooral in het buitenland sterk opkomt. Maar deze installaties zijn ook populair in bouwprojecten aan de kust, waar het zoute klimaat een snellere aantasting van conventionele LKB’s veroorzaakt.
Kiefer introduceerde een innovatieve vorm van betonkernactivering; niet met water, maar met lucht.
Decentraal en vraaggestuurd
Om energieverlies in woningen en woongebouwen nog verder te reduceren, zetten veel fabrikanten in op decentrale ventilatie-oplossingen met warmteterugwinning. Zodra het warmteverlies vanwege een vergaande isolatie van de gebouwschil al zeer gering is, gaan warmteverliezen via ventilatie een belangrijkere rol spelen. Wie in zo’n geval de primaire energievraag verder wil reduceren, ontkomt niet aan vraaggestuurde, decentrale ventilatie met warmteterugwinning. Volgens de onderzoekers uit Trier kan dit in die situaties een extra besparing opleveren van 25 tot 50 procent op verwarmingsenergie. Zo’n oplossing was te zien bij bluMartin, onderdeel van de Swegon Group. Hun verbeterde toestel freeAir, dat ze op de ISH lieten zien, is een decentrale ventilatie-unit dat volgens de fabrikant meer dan 90 procent van de warmte in de afgezogen lucht terugwint. Een nadeel van dit toestel is dat hij een redelijke omvang heeft en in de muur moet worden weggewerkt. Ook de leidingen voor de afgezogen lucht uit de natte cel moeten via de ‘holle’ muur naar de unit worden geleid.
Gebalanceerde ventilatiesystemen hebben voor veel woonconsumenten vaak een nadelige annotatie door minder fraaie ventilatieventielen die in het plafond worden aangebracht. Op de ISH was te zien dat daarvoor inmiddels fraaie designoplossingen beschikbaar zijn. Het bedrijf Ergovent toonde een ventiel dat volledig randloos in elk plafond kan worden weggestuukt. De ISH beloonde het bedrijf met de Design Plus Award voor de beste innovatie op design-gebied. Ook in de stand van Ventmann waren fraaie oplossingen te zien van randloze ventilatieventielen. Naast ronde ventielen biedt Ventmann ook randloze vierkante ventielen of zelfs lange spleten die allemaal zonder opstaande of verdikte randen in een plafond weg te stuken zijn.
Luchtgevoerde betonkernactivering
Twee bijzondere ontwikkelingen in de hal met ventilatiesystemen waren te zien bij de bedrijven Kiefer en Liberty. Die eerste toonde een innovatieve vorm van betonkernactivering; niet met water, maar met lucht. Kiefer gebruikt daarvoor het systeem ConcretCool, waarbij een bepaalde lengte met aluminium, luchtgevoerde leidingen van het ventilatiesysteem in betonnen vloeren wordt gestort. De leidingen zijn aan de binnenzijde voorzien van lamellen, wat de warmteoverdracht naar het beton versterkt. In de zomer is het systeem te gebruiken om de gebouwmassa te koelen en in de winter kan men de gebouwmassa gebruiken om een basisverwarming te handhaven. Volgens Jörg Kranich, sales directeur van Kiefer, ligt het systeem in een land als Nederland wellicht minder voor de hand, omdat we hier met aquifers vaak gemakkelijker (lees: goedkoper) watergevoerde betonkernactivering kunnen toepassen. Maar in veel streken in Duitsland of andere Europese landen is de bodem daarvoor niet geschikt. Luchtgevoerde betonkernactivering is dan een prima alternatief. Volgens de documentatie kan het systeem 30 tot 70 W/m2 leveren.
Composiet versus metaal
Liberty, de internationale handelsorganisatie van het Nederlandse Rosenberg Ventilatoren – dat in december 2022 is overgenomen door de HC Groep – toonde op de ISH een volledig uit composiet opgebouwde luchtbehandelingskast. ‘In Nederland verkopen we deze composiet LBK’s als Rosenberg al enkele jaren, maar we merken nu internationaal enorm veel animo’, vertelde Leon Moerman, exportmanager bij Rosenberg/Liberty. De composiet luchtbehandelingskast wordt van oorsprong vooral gebruikt in ruimtes met agressieve lucht, zoals zwembaden of de industrie. Maar Moerman ziet de toepassingen steeds breder worden. ‘Deze LBK heeft meerdere voordelen. Ten eerste is hij gemiddeld 40 procent lichter dan conventionele LBK’s, terwijl hij met 70 mm isolatie wel veel dikkere wanden heeft. Dat heeft geen enkele aanbieder. De isolatie is met het zeer gladde kunststof PET afgewerkt, dat weer 80 procent uit gerecycled materiaal is gemaakt.’ Moerman weet dan ook dat deze LBK in de life cycle-berekeningen relatief goed scoort. In elk geval niet slechter dan LBK’s van metaal. ‘Wij kunnen deze berekeningen volledig voor de klant verzorgen, zoals we ook de berekeningen voor mechanische sterkte voor onze klanten uitvoeren.’ Naast de eerdergenoemde toepassingen ziet Liberty de vraag naar deze composiet LKB’s vooral groeien in de sector Vertical Farming. Dit is een marktsegment dat vooral in het buitenland sterk opkomt. Maar deze installaties zijn ook populair in bouwprojecten aan de kust, waar het zoute klimaat een snellere aantasting van conventionele LKB’s veroorzaakt.
Tekst: Rob van Mil
Fotografie: Messe Frankfurt
Meer weten over innovatieve technieken en ontwikkelingen?
Meld u dan nu aan voor onze gratis nieuwsbrief.