Juni 2023
Tijdreizen
Column Dirk Follet
De eerste keer dat ik op een serieuze manier met opslag werd geconfronteerd was in een differentiaalvergelijking. Onze prof Bouwfysica probeerde te beschrijven hoe warmte tijd nodig had om door een muur te bewegen. In een bijzin zei hij: ‘En als je de isolatie en warmteopslag goed op elkaar afstemt, dan kun je de warmte van overdag ’s nachts aan de binnenkant van je muur laten aankomen’.
Ik begreep ook wel dat dit alleen in theorie mogelijk was, maar het was alsof er zich een deurtje opende naar een ander universum. Een universum waarin een gebouw niet langer een statisch object was dat lijdzaam de elementen moest trotseren, maar dat zonder te bewegen de elementen voor zich kon laten werken. Als de ontwerper maar slim genoeg was.
Sindsdien is opslag een van mijn favoriete onderwerpen. Gelukkig werden we langzaam slimmer en slimmer, en zo’n tien jaar geleden was opslag ongeveer het hipste onderwerp in de technologie. Opslag is een echt ding wat je bouwt, wat je moet programmeren en waarvoor opdrachtgevers betalen, maar het laat zich moeilijk definiëren. Opslag is de erkenning dat alles de hele tijd verandert, dat toekomst voorspellen lastig is, dat techniek in essentie gaat om compromissen en dat je dingen van het ene domein naar het andere kan verschuiven. Je kunt ermee de tijd vertragen en zelfs dwingen om te doen wat je wil.
Hoeveel opslag je nodig hebt hangt af van hoe goed je theoretisch model is en hoeveel geld je eraan wilt uitgeven. Maak je de opslag van je warmtepomp wat groter of installeer je een groter vermogen? Isoleren we een beetje meer of vertrouwen we op de technologie?
Opslag kan heel banaal zijn in de vorm van een groot brok materie, maar het kan ook dynamisch, waarbij informatie of energie door anderen gebruikt wordt terwijl het lijkt alsof het voor jou wordt bewaard. Denk bijvoorbeeld aan een bank, die jouw geld uiteraard niet in een kluis heeft liggen, maar heeft uitgeleend aan iemand die er iets nuttigs mee doet. Hetzelfde gebeurt met elektriciteit: sommige industriële grootverbruikers produceren alleen als de vraag op het net te laag is voor het aanbod. De elektriciteit wordt als het ware opgeslagen in nieuwe producten. Als het overschot te klein is, staat de productielijn stil en is er meer voor andere gebruikers.
In Nederland zijn we gewend om problemen te vereenvoudigen. Dat staat ons toe om een markt voor gelijkaardige producten te creëren: condensketeltjes, ventilatiekasten. Ik lees ook regelmatig artikelen waarin een redelijk eenvoudig model wordt gebruikt om de werking van complexere producten uit te leggen. Maar voor mij, als Belg, is het juist het onzekere, het zoeken en tasten wat opslag zo fascinerend maakt.
Dirk Follet bedenkt en realiseert gebouwen die de schijn hooghouden dat de wereld eenvoudig is.
Reageren?
Twitter @dirkfollet
vvplus@follet.nl